Zwarte Gaten
Ontdekking

Home

Waarnemen
Ontdekking
Recent
Gevolgen
Dilemma's

Hoe is het mogelijk geweest dat we zwarte gaten hebben ontdekt?

Het antwoord op deze vraag heeft te maken met de nieuwsgierigheid van mensen. Het eeuwige verlangen van de mens om alles te begrijpen en te kunnen verklaren. Niet alleen voor zaken op onze planeet, maar voor alles in het heelal moet een verklaring te vinden zijn. Door deze nieuwsgierigheid en het verlangen naar kennis zijn de eerste onderzoeken in de ruimte ontstaan.

 

We gaan nu een stukje terug in de geschiedenis, naar de ontdekking van de telescoop, die later zal helpen bij het ontdekken van zwarte gaten. Hoewel de ontdekking van de telescoop al in de 13e eeuw voorspeld werd door een geleerde, kwam de eerste telescoop pas in 1608 tot stand. Vervolgens werd er 300 jaren gevochten over wie nu eigenlijk de uitvinder was, omdat maar liefst drie mensen, alle drie Nederlanders, claimden de telescoop uitgevonden te hebben. Uiteindelijk won de Nederlandse Hans Lipperhey.

De eerste telescoop was een eenvoudige buis met vlakbij het oog een holle lens en verder weg een bolle lens. Galileo Galilei, een bekende astronoom, gebruikte zijn telescoop voor astronomische waarnemingen, net als vele anderen uit zijn tijd. Door zijn snelle conclusies ontdekte hij echter meer dan die anderen. Ook een man genaamd Johannes Kepler (1571-1630) legde zijn hand aan de ontwikkeling van de telescoop. Hij ontdekte dat het beter was twee bolle lenzen te gebruiken. Daardoor kwam het beeld weliswaar op z'n kop te staan, maar de waarnemingen werden een stuk scherper.

Dan was er ook nog Isaac Newton (1642-1727). Hij verbeterde de telescoop, ofwel refractor. Ook bedacht hij een nieuw soort telescoop, de spiegeltelescoop, ofwel reflector. Deze spiegeltelescoop werd in het begin niet zo veel gebruikt, omdat hij nog niet zo goed was door de slechte kwaliteit van spiegels in die tijd en moeilijker aan te komen was. Toen men doorhad dat de telescoop beter werkte wanneer hij langer was, werden gigantische telescopen gebouwd. Door de jaren heen werden zowel de refractor als de reflector steeds verder verbeterd. Het kleurprobleem waar de refractor mee kampte werd opgelost door Chester Moor Hall (1703-1771) door het gebruiken van verschillende glastypen voor de lenzen.

 

Tegenwoordig zijn de toepassingen van telescopen ongekend. Zo is er zelfs een telescoop die buiten de aardatmosfeer ronddraait waardoor zijn waarnemingen scherper zijn dan wanneer ze vanaf de aarde gemaakt zouden zijn. Deze telescoop is de Hubble Space Telescope, ofwel HST.

De HST is vernoemd naar Edwin Hubble (1889-1953). Deze Amerikaan bedacht in de jaren 20 een wet waarmee bij het weten van de snelheid van een melkwegstelsel de afstand van dat melkwegstelsel tot de aarde berekend kan worden.

De HST is in april 1990 gelanceerd. Hij heeft een massa van 11.110 kg. Zijn afstand tot de aarde is 612 kilometer. De bouw van het de HST kostte alleen al 1,5 miljard dollar. De HST registreert allerlei beelden vanuit de ruimte. Zo heeft deze telescoop ook beelden getoond van zwarte gaten. Buiten de HST die ons informatie verschaft over zwarte gaten zijn er ook nog de röntgenstralingtelescopen. Die sporen röntgenstraling op, zoals gezegd een kenmerk van zwarte gaten.

 

Zwarte gaten hadden zonder de ontwikkeling van telescopen nooit ontdekt kunnen worden.